"Betreffende de late sonates van Schubert sprak zijn collega Robert Schumann van een ""hemelse lengte"". De G-majeur sonate exposeert in het eerste deel direct deze hypnotische kwaliteit en ondanks het stormachtige midden overwint de kalmte uiteindelijk. Het tweede deel heeft ook een contrast tussen drama en kalmte, maar hier ligt er in de kalmte vaak iets onrustigs op de loer. Het derde deel is onheilspellend terwijl het vierde deel levendig en optimistisch verder gaat alsof er niets gebeurd is.
De Hongaarse rhapsodieën vallen onder de beroemdste werken van Liszt en hebben soms een slechte naam omdat men zegt dat zij te weinig muzikale inhoud en diepgang hebben. Dan kan men zich afvragen: moet muziek altijd serieus zijn? De 3e en 5e Rhapsodie zijn relatief zwaarmoedig en vallen aan de zwaardere kant. de ultra-beroemde 2e Rhapsodie is gezellige zigeunermuziek en eindigt het concert met een knal.
Pianist Alexander Chater is van Zuid Afrikaanse afkomst en werd op jonge leeftijd geintroduceerd aan klassieke muziek door zijn moeder en twee grootouders die allemaal uitvoerend musicus zijn. Zijn opa was naast pianist ook musicoloog en componist. Toen Alexander 4 jaar oud was kreeg hij zijn eerste piano en viool-lessen. Voordat hij begon aan zijn studie aan het conservatorium, had hij lessen van Gerenomineerde pianiste Julia Achkinazy.
In 2017 begon hij aan Codarts Rotterdam waar hij klassiek piano studeerde bij Stephane de May. Hij slaagde erin zijn bachelor af te maken in juni 2021. Tijdens zijn studie heeft hij masterclasses gevolgd van diverse pianisten zoals Frank Braley, Nino Gvetadze en Paolo Giacometti.
Hij heeft opgetreden als solist en kamermusicus in diverse locaties en gelegenheden zoals: De Doelen Rotterdam, Muziek in de Voorstraat, Midzomer festival Capelle en diverse kerken in Nederland. Ook heeft hij zijn eigen concert serie ontwikkeld; Fabrieklassiek. "
